“Oh, ik heb gewoon bijna niets meer” verzucht Joke van Gerwen – van Nuland (1932). “Mijn zus Ria heeft nog foto’s maar ik ben naar Den Haag verhuisd en toen weer terug en ergens ben ik het allemaal kwijt geraakt. Maar een ding heb ik nog wel, ik heb nog een rapport van de bewaarschool!”
Vol trots haalt mevrouw van Gerwen het rapportje uit een wat beduimeld gezangboekje en laat het ons zien. Inderdaad een schoolrapportje van ‘Joke van Nuland. Leerlinge der R.K. bijzondere school van de Zoete Lieve Vrouwe voor Meisjes der Parochie St. Antonius van Padua.’ Les kreeg ze daar nog van de zusters, maar ze kwam zelf met haar zus Ria (1936) uit een andere wijk en moest twee keer per dag 20 minuten lopen naar de school.
Samen we bestuderen we het binnenwerk. Overwegend goede cijfers, hoor, en ook wordt zeer nauwkeurig bijgehouden of Joke wel voldoende heilige missen heeft bijgewoond. Het meest belangrijke valt ons echter niet direct op, dus vertelt mevrouw het zelf maar: “Zie je niets aan de maand mei?” Inderdaad, daar zegt ze wat! De maand mei heeft geen rapportcijfer.
Pas dan dringt de betekenis van het schooljaar tot ons door: 1940, de inval van de Duitsers. “Deze maand was er na de 10de geen les, en dus een ook geen rapport” vertelt mevrouw ons. “Brr, die oorlog ik heb er nare herinneringen aan. Maar de lessen gingen in juni gelukkig voorlopig gewoon weer door.”
Figuur 1: Mevrouw Joke van Gerwen (r) en haar zus Ria Sleutjes tijden het interview in 2016.
Figuur 2 en 3: het rapportje van mevrouw van Gerwen, met het ontbrekende cijfer in Mei 1940.
