Geef cultureel erfgoed een nieuwe toekomst en steun BOEi! - Doe mee

Nuestra Casa, het begin van een nieuwe toekomst - ENKA Ede

Voor het 100 jarige bestaan van de ENKA in Ede hebben we voor het project ‘Mensen vertellen over de ENKA’ verschillende oud-medewerkers van de ENKA gesproken. Door de zoektocht naar deze oud-medewerkers, kwamen we er achter dat de ENKA ook veel buitenlandse medewerkers heeft gehad, waaronder Turken, Marokkanen, Italianen en Spanjaarden. Voor deze laatste twee groepen is in Ede ‘Nuestra Casa’ gebouwd, een woonpark voor arbeidsmigranten die in Ede en omgeving werkten.

Omdat we graag meer willen weten over Nuestra Casa, komen we in contact met Vidal Garcia Fernandez, een kwieke tachtiger die in 1969 vanuit Spanje naar Nederland kwam. Voor onze podcast deelt hij samen met zijn dochter Yolanda zijn herinneringen aan die die tijd.

Bekenden vroegen me in 1969 waarom ik niet ook in het buitenland ging werken. Er was in Galicië, de regio waar ik woonde weinig werk, en zij vertelden dat in het buitenland de banen beter betaald werden,” vertelt Garcia. Daarop besloot hij naar een immigrantenbureau te gaan, waar hij aangaf wel een vierploegendiensten in Duitsland te willen draaien, “omdat deze functie het beste betaald werd”. Hij kreeg te horen dat die baan op dat moment niet beschikbaar, maar dat hij in Nederland wel bij de ENKA, toen nog AKU genoemd, in een drieploegendienstfunctie aan de slag kon.

De keuze was snel gemaakt, Garcia kreeg een jaarcontract opgesteld in het Spaans en in het Nederlands, en een week later vertrok hij al richting Nederland. Met de trein via Madrid en Parijs, om vervolgens aan te komen in Rotterdam, waar hij werd opgevangen in een hotel. Van daaruit reisde hij samen met andere arbeidsmigranten naar de locatie waar ze zouden gaan werken en wonen. In Garcia’s geval was dat naar Ede, waar hij onderdak kreeg in Nuestra Casa, “in huis nummer 10” en aan de slag ging als twijner.

‘Ons huis’

Nuestra Casa, wat ‘ons huis’ betekent, was een woonpark met 34 woningen, elk geschikt voor 8 mannelijke bewoners. De woningen bestonden uit twee slaapkamers met elk vier bedden afgescheiden door een smal tussenwandje, een woonkamer en een toilet. Later, na de staking in 1972, kwam er ook een kookgelegenheid in de woningen. Op het terrein was een kantine met een keuken waar voor de bewoners werd gekookt, er waren douches en er was er een voetbalveld.

Voor de bewoners werd op het park van alles georganiseerd; er was een voetbalteam voor Spaanse arbeidsmigranten, er waren Spaanse kranten en boeken en de ENKA regelde Nederlandse les voor haar werknemers. “De meeste bewoners waren maar tijdelijk in Nederland en maakten hier weinig gebruik van”, zo vertelt Garcia, “zij kwamen naar Nederland om geld te verdienen en te sparen voor een toekomst in Spanje”.

Dat Garcia’s toekomst in Nederland zou liggen, werd in 1971 duidelijk. “Op zaterdagavond werden in Nuestra Casa films en muziek gedraaid, en tijdens een van deze avonden ontmoette ik mijn vrouw. Zij is ook Spaans en komt uit dezelfde regio in Spanje als ik. Ze werkte en woonde in een hotel in de buurt”. In 1974 trouwden ze en verliet Garcia Nuestra Casa om bij zijn vrouw te gaan wonen, een jaar later werd hun eerste kind, een zoon, geboren.

Staken voor twee warme maaltijden

Garcia vertelt: “Na vijf jaarcontracten, zoals dat ging in die tijd, kreeg ik een vast contract aangeboden”. Maar het had niet veel gescheeld of hij had na de staking van 1972 een andere baan moeten zoeken.

Die staking ging over de vraag naar twee warme maaltijden per dag, iets dat de Spaanse arbeidsmigranten in hun thuisland gewend waren. De ENKA directie vond dit niet nodig en een groep jonge Spanjaarden besloot te gaan staken. Een reden voor de directie om alle stakers te ontslaan. Een dag na dit ontslag werd een aantal van hen gevraagd om op het kantoor van de ENKA te komen. “Ze vroegen of we toch wilden blijven, want het werk moest toch gedaan worden. Een aantal stakers was al terug naar Spanje, maar ik niet. Ik wilde graag in Nederland blijven”. De stakers kregen weliswaar niet wat zij graag wilden, wel kwam er een kookgelegenheid in de woningen en kregen zij meer te eten.

Het Spaanse emigratiekantoor waar Garcia zich had aangemeld, besloot voortaan geen mensen meer naar de ENKA te sturen, omdat zij het niet eens waren met het ontslag van de stakers.

Spaanse kolonie in Nederland

In 1978 sloot Nuestra Casa omdat er steeds minder migranten kwamen. De overgebleven bewoners verhuisden naar Arnhem. Voor Garcia voelde Nuestra Casa als een echte gemeenschap, zijn Nederlandse familie.

In Ede was een hechte groep Spanjaarden ontstaan die bijeen kwam in een Spaans centrum om samen te praten en te eten. Dochter Yolanda vertelt dat zij in die tijd bij een Galicische dansgroep zat. Die hechte groep is in de loop der jaren steeds kleiner geworden door natuurlijk verloop. Maar veel van Yolanda’s leeftijdsgenoten zijn terug naar Spanje gegaan, ondanks dat ze hier zijn geboren.

Ik ben in al die jaren één keer terug geweest naar Spanje toen mijn schoonvader ziek was. Maar het lukte niet om daar werk te vinden” vertelt Garcia, waarna hij weer is terug gegaan naar Nederland. Hij werkte tot 2002 bij de ENKA en ging toen met prepensioen, inmiddels alweer 20 jaar geleden.

Tekst: Carolien Nijkamp
Beeld: Vidal Garcia Fernandez / Jobbe Wijnen

BOEi 2023