Geef cultureel erfgoed een nieuwe toekomst en steun BOEi! - Doe mee

BOEi steekt haar neus in de ENKA geur

Jasmijn Bus en Jobbe Wijnen werken op dit moment aan een kleine expositie over de ENKA die geplaatst gaat worden in de CNS-basisschool ‘De Ontdekking‘. Als basis voor de permanente uitstalling in de voormalige ENKA-kantine, gebruiken we het gereedschap en de kist van de familie Backelandt (meer over grootvader Backelandt vind je hier). Jasmijn kwam op het idee om als deel van de expositie een doosje toe te voegen dat precies zo ruikt als de ‘ENKA geur’, ook wel ‘ENKA stank’ genoemd en iets is dat de ouderen in Ede en Bennekom nog maar al te goed herinneren. Ook BOEi heeft hier al eens over bericht in deel 6 van het interview met Piet Korf.

Viering van 25 jaar ENKA op 25 januari 1947. Collectie Kees Heij

Maar hoe rook die geur dan wel? Precies daar ontstond even verwarring…de een zei zus, de ander zo, sommigen spraken van zure lucht, anderen van rotte eieren. Natuurlijk konden we daarvoor eens te rade bij mensen die we al eerder gesproken hadden, maar voor deze keer besloten we eens een mailtje te sturen aan de Historische Vereniging Oud Ede, die het direct naar een aantal deskundigen doorstuurde. In een mum van tijd hadden we meerdere uitgebreide antwoorden. We geven er twee, maar alle anderen die meedachten ook hartelijk dank!

“De ENKA produceerde inderdaad verschillende geuren. Maar de allesoverheersende geur die je buiten, en dus in heel Ede, rook was die van rotte eieren. Die lucht kwam de schoorsteen uit. Daarnaast waren er ten gevolge van de verschillende productieprocessen in de fabriek zelf verschillende geuren. In de viscosespinnerij rook het anders dan bij het maken van sponzen. Met vriendelijke groet, Patty Gonggrijp”

“Uw vraag over Enka-stank kan ik als volgt beantwoorden: Uit de fabriek werd uit de machines lucht gezogen en via grote pijpleidingen naar de bekende grote schoorsteen gebracht en daar in de buitenlucht geblazen. In deze lucht zat Zwavelwaterstof (H2S). Deze stof ruikt naar rotte eieren. Deze geur is nog goed waarneembaar bij zeer verdunde concentraties in de lucht. Ook uit de sponzenfabriek komt H2S vrij en werd via de (lagere) schoorsteen naast deze fabriek in de buitenlucht geblazen. Om de rotte eierenlucht te reduceren zijn naast de Grote Schoorsteen 3 gaswassers geplaatst en naast de Sponzenschoorsteen 1 gaswasser. De lucht werd in deze gaswasser in tegenstroom gewassen met een natronloogoplossing.  De stankoverlast is zo tot een minimum teruggebracht. Een andere bron voor stankoverlast was in de laatste fase van de fabriek de zgn. bosvijver . Als na de waterzuivering het water niet voldeed aan de gestelde normen voor lozen op oppervlaktewater werd dit water “binnen gehouden” door het te lozen op de bosvijver. In deze vijver bezonk de vaste stof naar de bodem van de vijver. Vaste stofgehalte in het water was de reden waarom het water niet geloosd mocht worden. In dit slib zit ook een zwavelverbinding. Voorheen werd het slib regelmatig uit de vijver verwijderd en opgeslagen in het speciale slibdepot op het bedrijfsterrein. Door steeds strenger wordende lozingsnormen moest het water steeds vaker op deze bosvijver geloosd worden. We kregen niet meer de gelegenheid dit slib op tijd uit de bosvijver te halen. Totdat het slib niet langer meer door water afgedekt kon worden (stankafsluiter). Toen ontstond een irritante rotte eierlucht, welke grote overlast in de directe omgeving veroorzaakte. Uiteindelijk is het gelukt dit slib af te graven. Het stankprobleem was toen opgelost. Ik denk dat u met deze reactie wel iets kan doen. Groeten, Joop Topma”

Dat kunnen we zeker! We gaan met hulp van deze en andere tips proberen de ENKA-geur in de expositie na te maken voor de scholieren! U mag komen testen of het een beetje lijkt.

 


Tekst: Jobbe Wijnen 2024