Geef cultureel erfgoed een nieuwe toekomst en steun BOEi! - Doe mee

Mick Larock en de Keith Haring in het Food Center

IMG_7178_Aileen_middel_crop.jpg

“In 1986 was ik er helaas niet bij”, vertelt de Amsterdamse kunstenaar Aileen Middel, aka Mick La Rock (1970) ons. Ze spreekt over haar ervaringen met de Keith Haring schildering op het Koelhuis.  Toen Haring zijn fabeldier schilderde was Aileen 16 jaar en woonde nog in Groningen. “Haring was voor mij toen wel al een held. Hij verkeerde in de hipsterscene van New York en de ontluikende hiphop-cultuur, een omgeving die ik ontzettend interessant vond. Ik was al volop actief op straat als graffiti-schrijver in Groningen, maar pas vanaf ‘87 begon ik vaker in Amsterdam te komen.”

In 1996 verhuist Middel naar Amsterdam: “Eigenlijk denk ik dat de Haring schildering toen al zo goed als vergeten was in de stad. Bij mij ook, want hij was tenslotte een paar jaar na de productie al afgedekt met platen, omdat het koelhuis problemen had met vocht. Het was pas in 2014 dat ik online een foto tegenkwam van de schildering en me afvroeg hoe het daar mee zou staan. Omdat ik ook net gevraagd was als gastcurator van de tentoonstelling “Graffiti, New York meets the Dam”  van het Amsterdam Museum, had ik een prima aanleiding gewoon eens te gaan kijken.” Even dachten we dat Aileen als vanouds als schrijver bij nacht de hekken had bestormd, maar dat valt mee: “Oh, dat binnenkomen was niet zo spannend hoor, ik heb gewoon bij de portier van het Food Center gevraagd of ik even door de slagboom mocht en die vond het prima. Ik heb toen die platen gezien en het leek me zeer waarschijnlijk dat de schildering er nog gewoon onder zat.”

Haring_Aileen_Middel_def.jpgIn de aanloop van de expositie in het Amsterdam Museum begint ook de Keith Haring foundation zich te roeren. Middel kreeg de vraag of zij wist wat de huidige staat was van het werk, maar zij had op dat moment niet de tijd er uitvoerig op in te gaan. “Wel heb ik beloofd het project later weer op te pakken en dat is ook gebeurd. Daarvoor heb ik toen contact gelegd met Olivier Varossieau, een galeriehouder die met zijn netwerk weer andere ingangen had, ook in de vastgoedwereld.  Tja, en eigenlijk kwam ik er toen wel achter dat ik gewoon te makkelijk dacht. Ik dacht van ‘hup doen we toch even, platen er af en zichtbaar maken die verborgen diamant in de stad’, maar hoe dat de eigenaar dat zou bevallen of de lokale politiek, daar had ik niet bij stilgestaan. Het Food Center zou opnieuw worden ingericht en dan spelen er allerlei belangen mee. Ook kwam ik er achter dat men op dat moment sloop van het koelhuis nog als een van de opties zag.”

Zover is het tot op heden niet gekomen. Volker Wessels en Ballast Nedam gaven al snel aan wel open te staan voor behoud van de schildering en na lobby van de Keith Haring Foundation en het Stedelijk Museum zijn de platen tot grote vreugde van Aileen Middel in 2018 verwijderd van de gevel. Hoewel de schildering niet in voortreffelijke staat is, valt de schade tot op heden alles mee. De restaurateurs, verbonden aan de Keith Haring Foundation, kwamen kort geleden met een restauratieadvies dat in veel opzichten ook meevalt in kosten, aldus Middel. Ook de gemeente maakt zich hard voor behoud:  “Ik hoorde dat onze burgemeester Femke Halsema zelfs haar agenda heeft omgegooid voor een gesprek met de Keith Haring Foundation toen ze in New York was. Het is natuurlijk prachtig dat ze zich er zo voor in zet.”

Op dit moment lijkt het zeer onwaarschijnlijk dat het koelhuis nog gesloopt gaat worden, maar een duidelijk plan is er ook nog niet. Restauratie van de schildering kan waarschijnlijk pas beginnen als het toekomstplan helder is en hopelijk gaat de schildering in de tussentijd niet teveel achteruit. De Keith Haring Foundation heeft gevraagd of de platen niet weer tijdelijk terug kunnen. “Maar dat gaat niet lukken”, vertelt Middel, “want ze zijn helaas direct na verwijdering weggegooid.”

 

<>

Afbeeldingen met dank aan Aileen Middel
Boven: screendump van de NOS uitzending uit 2018
Onder: Een hoogwerker tijdens het verwijderen van de platen in 2018.