Geef cultureel erfgoed een nieuwe toekomst en steun BOEi! - Doe mee

Kennismaken met ‘Ruudje’ de Vries - Van Heutszkazerne

07_VHeutsz_de_vries_1.jpg

“Ik ben opgekomen in de tweede lichting in maart in 1952!” Roelof de Vries (1932) meent het echt: meer dan 65 jaar geleden kwam De Vries op voor zijn nummer in de Van Heutszkazerne bij het Artillerie Meetregiment in Kampen en kreeg al snel de bijnaam ‘Ruudje’. Samen met zijn kameraden ‘Nelli’,  Jan en ‘Joepie’ maakte hij de gekste avonturen mee.

De Vries was één van de mensen die ons belde naar aanleiding van de oproep om verhalen over het School- of Torengebouw. En wat voor een beller, want De Vries overlaadde ons direct met verhalen. De taak van het Meetregiment bestond in die tijd uit vier onderdelen: “geluid, licht, triangulatie en verbindingen”. De Vries zat bij verbindingen: “Eindeloos slepen met zo’n drum (haspel) met verbindingskabel. Op de jeep hadden we een rek waar hij aan hing en dan rijden maar. Aan het einde moesten wachten en steeds controleren of er nog verbinding was. Maar weet je wat wij nou deden? We gingen gewoon in Kampen bij een kennis binnen zitten theedrinken. Hup die kabel gewoon door de brievenbus naar binnen. En wij maar lachen en theedrinken.

“En toen stond ineens de kapitein voor onze neus:” “Hebben jullie nog verbinding, de Vries?” “Ja kapitein, alles prima!”, riep ik terug. “Dat is knap De Vries, want ik heb de kabel een half uur geleden doorgesneden. Kom als de donder terug naar de kazerne!”…nou, en dan kregen we weer op ons donder.
Eén moment herinnert de Vries zich nog als de dag van gisteren. “In Kampen liep een vrouw die had geloofswanen. Als we door de straten marcheerden dan riep zie vanaf de stoep dingen naar ons. Op een dag kwamen we voorbij met die drum kabel achterop en ze riep vanaf de kant “Dat ding, doar zit de duvel in!” “En toen riep Batsie Bijvang terug: ‘Dan zalk um is een skup geven, dan wordt ie doezelig!’” en trapte hard tegen die trommel. Oh, ik zal het nooit vergeten. Wat hebben we daarom gelachen.” Als De Vries eenmaal bezig is, houdt hij ook niet makkelijk meer op met vertellen: “Met Joepie heb ik veel plezier gemaakt. Joepie had zo’n vreemde loop, moet je weten. Als hij op de rechtervleugel liep met marcheren, dan liep na een paar kilometer iedereen precies zoals hij. En dan na een na een half uurtje was hele spul mank!”,  vertelt de Vries en zijn ogen lachen nog.

Telkens als de Vries spreekt over Joepie, Jan of ‘Nelli’ krijgt hij tranen in zijn ogen. “Ik heb zoveel meegemaakt, moet je weten, alleen al die hele rotoorlog. Maar die Diensttijd, dat zit me aan mijn hart. Ik ben nog vaak in Kampen geweest, in de hoop dat ik een paar van die ouwe knakkers tegen zou komen, maar nooit lukte het. Ik ben nu 85 en loop op mijn laatste benen, maar ik zou ze zo graag nog eens zien!” Soms hebben we aan een half woord genoeg. Dat gaan we regelen meneer de Vries! Met hulp van Annie van ’t Zand van Stichting Stadsherstel Kampen zijn we eens gaan rondvragen. We maakten ons geen illusies en meneer ook niet:  veel van zijn vrienden zijn helaas overleden… Maar toch hebben we  inmiddels goed nieuws. Wordt vervolgd!

 

07_De Vries_.jpg
Foto boven: Roelof de Vries 2017
Foto onder: Roelof de Vries in 1952, gefotografeerd op de hoek van de markt op de Oude Straat in Kampen.