Geef cultureel erfgoed een nieuwe toekomst en steun BOEi! - Doe mee

"Je eigen gang gaan, daar hebben de Tukkers respect voor."

Singraven_JVD6594-20181012.JPG

Aan het begin van het interview in de zonnige achtertuin in de Kasteellaan hoort Steven het grind kraken en loopt even weg van tafel. “Hij gaat kijken wat er vóór het huis aan de hand is. We wonen nu eenmaal in het Poorthuis en dus voelen we onszelf ook een beetje poortwachter”, lacht Charlotte (1985). Als Steven (1981) terugkomt – er werd een pakket bezorgd – haakt hij in: “We zijn vaak in de tuin of in de keuken, dus we zien en horen alles wat voorbijkomt. We zwaaien naar de dorpsbewoners die hun honden uitlaten en geven uitleg aan toeristen. Betrokkenheid en zorg voor de omgeving horen er wel een beetje bij als je op een plek als Singraven woont, vind ik.”

De verhuizing naar Twente vond voor hen plaats in 2017. Als voormalige Amsterdammers zijn Steven en Charlotte echt ’immigranten’, maar ze kwamen er met een duidelijk plan. Charlotte: “We droomden over een bijzondere plek met veel groen waar we een deel van onze inkomsten uit een gastenverblijf konden halen.” Steven: “Het kwam allemaal sneller gedacht, want ik was net drie jaar eigenaar van een succesvol restaurant in Amsterdam. Op een druilerige januaridag kwam ik ineens dit huis tegen op een verkoopwebsite. Ik heb direct de makelaar gebeld en we mochten nog komen kijken! Er werd toen heel goed gekeken naar wat de potentiële kopers van plan waren en of dat wel pastte op het landgoed.” Charlotte: “Ik denk dat ons plan voor een vakantiehuis belangrijk was voor de stichting, want de zij wilde graag dat het gebouwtje dat het ‘saunahuisje van Laan’ genoemd wordt een nieuwe functie kreeg. “Op een drukke vrijdagmiddag kregen we een telefoontje: Als we wilden, was het huis voor ons! Fantastisch natuurlijk, maar dat hield ook gelijk in dat alles ging veranderen. Ik vond gelukkig al snel een nieuwe baan in Enschede als studieadviseur. Steven moest het restaurant gaan verkopen om aan de slag te gaan met de vakantiewoning.” “Ik doe in de verbouwing heel veel zelf”, zegt hij met duidelijke trots. “Maar heb voor sommige klussen ook de hulp ingeroepen van de lokale vakmensen. Dankzij hen heb ik veel geleerd over de Twentse gebruiken en kan ik me inmiddels ook aardig redden als er Twents gepraat wordt!”

Als nieuwkomers vielen Steven en Charlotte met hun neus in de boter wat betreft de gewoonten en gebruiken van het noaberschap. Charlotte: “Daar hebben we ons vanaf het begin in verdiept. Dat begint met uitzoeken wie eigenlijk je buren zijn op zo’n groot terrein.” “Daarna hebben we iedereen uitgenodigd voor een housewarming of ‘intrekkersmoal zoals dat hier heet”, vertelt Steven. “Ons idee was een gezellige borrel aan het einde van de middag met wat statafels of ‘praattafels’. Maar waar we achter kwamen is dat ze in Twente meestal beginnen met koffie op een stoel, hoe laat of vroeg het ook is”, lacht Steven. “En oké, daarna dan zeker wel een biertje. Dat zijn van die kleine grappige verschillen. Uiteraard bewegen we dan mee en konden we daar met de buren samen ook om lachen.” Charlotte: “Ook aardig was dat de buurvrouw vooraf kwam vragen wie we allemaal uitgenodigd hadden. Eerst denk je ‘waarom zou ze dat eigenlijk vragen?’ maar toen bleek dat alle noabers een welkomstcadeau hadden uitgezocht. Dat is toch leuk?”

Steven kwam ook achter een aantal andere gewoonten en gebruiken: “ Zo worden verjaardagen hier op de dag zelf gevierd. Of dat nou een maandag of een zaterdag is, dat maakt niet uit. Rond kwart over acht wordt je dan bij mensen thuis verwacht. In Amsterdam werd een feestje in het weekend gevierd en dan vaak in de kroeg op de hoek. Wat ons ook opgevalt, is dat je tussen 17:00 en 18:00 een kanon kan afschieten in de supermarkt. Er is dan bijna niemand, heerlijk! In Amsterdam was het dan spitsuur. Er wordt hier namelijk een stuk vroeger gegeten dan wij gewend zijn.”

“Pasen wordt hier ook groots gevierd met het Paasvuur”, zegt Steven. “Zo’n paasvuur is heel lokaal. Velen weten dat niet, maar nadat de Denekampers op eerste paasdag hun paasstaak hebben weggesleept, wijst de bosbaas van Singraven een paar uur later nog een staak aan. Daarna hebben alle landgoedbewoners hun eigen Paasvuur vlakbij bij het Huis. Op paaszaterdag werd ik opgehaald met de trekker voor het ‘holt hoaln’. Ik had geen idee wat dat precies inhield. Iets met hout en bier? Het vuur bij het huis is bescheiden hoor. De staak van ons wordt verkocht voor een paar tientjes, terwijl die in Denekamp wegging voor, – wat was dit jaar? – 1500 euro?” Charlotte: “De bewoners hadden dit jaar veel plezier toen in Denekamp het vuur niet aan ging omdat het hout nat was, terwijl het hier al flink brandde. Dat is toch beetje onderlinge competitie.”

Terwijl hond Polly en poes Jacobo om de tafel scharrelen op zoek naar een beetje schaduw, geeft Charlotte tot slot nog wat tips voor nieuwe bewoners in de toekomst: “Wees zuinig op het landgoed, want dat is de grote meerwaarde van hier wonen. En laat je verrassen. Als je wat interesse toont in je noabers is het ontzettend leuk en vrij wonen. Als je wat ingeburgerd raakt komt vanzelf iemand vragen om mee een ooievaar in een tuin te plaatsen voor een geboorte en dan ga je natuurlijk mee!” – “Of ze vragen om te helpen met het hooi binnenhalen”, vult Steven aan – “En als je andere dingen gewoon op je eigen manier doet, dan gaat dat ook goed hoor. Je eigen gang gaan, daar hebben die nuchtere Tukkers alle respect voor.”

Singraven_JVD6615-20181012.JPG

Tekst Jobbe Wijnen

Foto’s Jan van Dalen