Geef cultureel erfgoed een nieuwe toekomst en steun BOEi! - Doe mee

Gedichten van de Clemenskerk

Gedichten van de Clemenskerk

“Ga maar vast zitten dan begin ik zo”,  Gerard van der Veer  wijst me in hun voormalige bakkerij in Hilversum-Noord een stoel naast een groot computerscherm. Al snel is duidelijk, dat dit een ander interview wordt dan gewoonlijk. Gerard wil namelijk graag voordragen uit de rijmpjes, die hij sinds zijn pensioen in 2012 steeds meer is gaan schrijven. “Ik vind rijmen een prettige manier om aan een biografie te werken”, legt Gerard uit, “Ik maak er ook altijd een prent bij, een beeld. Eerst waren dat prenten met viltstift, maar later ben ik overgegaan op linoleumsneden.”

Voor ons heeft hij er een stel bij elkaar gezocht over zijn jeugd in de Clemensparochie en de Bloemenbuurt. Bij elkaar vormt elk gedicht met prent samen een sfeerbeeld van een periode of gebeurtenis uit Gerard’s jeugd. “Mijn herinnering begint pas, na de verhuizing naar de Tweede Nieuwstraat”, rijmt Gerard zijn in eerste verzen. Daarna draagt hij een uur lang rijmpjes voor over de verschillende katholieke feestdagen, over vriendjes op school,  zijn vader en moeder, pesterijen op straat, de sterke verzuiling, de kapelaans van de Clemenskerk, een gewone week van in de Hilversum en over de Advent. “In deze eerste selectie zitten ook linorijmpjes over de Gerardus-school”, vertelt Gerard, “maar dat wordt later een aparte map!’”

Als ik na afloop vraag welke gedichten en prenten hij leuk vindt om op onze website te publiceren, zegt Gerard: “Nou, eigenlijk wil ik dat helemaal niet, ik ben niet zo van het internet. Ik zag uw oproep en vond het aardig er nu een paar voor te lezen. Dat doe ik wel vaker als er gelegenheid toe is. ” Met enig aandringen, mogen we er toch een plaatsen; nummer 57…met een prent van de Clemenskerk.

Vroege zondagochtend

Zonder denken wat je doet..

..weet je ’t al: dat je naar de kerk moet!

Daar staat-ie in de Blommetjesbuurt

(Nu kunnen we zeggen:  zolang ‘t duurt)

Gerard van der Veer
Kunstwerk van Gerard van der Veer

Rijm en afbeelding: Gerard van der Veer

Tekst: Jobbe Wijnen